zaterdag 30 april 2011

Foutjes maken mag/moet

FOUTJES MAKEN MAG
Het lijkt didactisch compleet not done, maar het kan enorm verrijkend zijn in je klaspraktijk: het (zelfs onbewust) maken van foutjes door de leerkracht.  Kinderen kunnen ervan leren.  Zo zien ze in dat ook hun leerkracht een fout kan maken.  Maar wat misschien nog belangrijker is, is de (eventueel gespeelde) reactie van de leerkracht op zijn gemaakte fout.


Kinderen die het 1ste leerjaar binnenkomen hebben het vaak moeilijk als ze iets niet juist doen.  Ze kunnen het maar moeilijk accepteren omdat ze voor het eerst op school geconfronteerd worden met iets wat ze fout maakten.  Met vaak paniek of frustraties als gevolg.  Door als leerkracht dit wat te relativeren en te duiden, leren we de kinderen hiermee omgaan.  Foutjes maken mag!


FOUTJES MAKEN MOET
Door zich ervan bewust te zijn dat ook zij fouten kunnen maken, kunnen ze dit ook wat relativeren.  Hierdoor zullen ze de zaken meer nuchter bekijken: iedereen maakt fouten.  En dat is niet erg.  Want van je fouten kan je leren.  Je leert ervan hoe je het in het vervolg beter kan doen, welke gedachtengang je zal moeten vermijden.  Je zal je klemtoon anders leggen dan de keren voorheen en zorgt ervoor dat je die fout geen 2de keer meer maakt.  Een ezel... , nietwaar?!


Als leerkracht hebben wij daarin een belangrijke rol.  Het geweldige aan onze job is dat we bijna professioneel verplicht worden om af en toe een fout te maken.  En ons daarover geen overbodige zorgen te maken.  We hoeven de kinderen er natuurlijk wel van te overtuigen dat dit bij het leerproces hoort.


Ik geef dus ook graag toe dat ik af en toe een fout maak in de klas.  Heel regelmatig zijn die fouten zelfs gepland.  De reactie van de kinderen daarop is voorspelbaar: geroezemoes in de klas, eentje die zijn vinger opsteekt, een ander begint te lachen, luider gekeuvel en gegiechel.  Heerlijk, te zien dat ze door hebben dat de meester een fout maakt.  Nog leuker om daar, half overdreven, op in te spelen: "Ik wilde maar eens kijken of jullie goed wakker zijn." of "Het was om te testen of jullie wel alles goed begrepen hebben."  


FAALANGST VOORKOMEN


Natuurlijk komt er een moment waarop foutjes vermeden mogen worden.  Toetsen leggen vaak een enorme druk op de schouders van kinderen, hoe jong ze ook zijn.  Als het voor echt is, voelen ze de spanning.  Op zo'n momenten is het belangrijk dat kinderen hun relativeringsvermogen kunnen gebruiken.  Door hierop vooraf te trainen en er zich van bewust te zijn, zullen kinderen minder faalangst ondervinden.  Het maandblad Klasse voor Leerkrachten had ruim tien jaar geleden een bijlage over faalangst in de reeks 'De Eerste Lijn'.  Ook hier wordt beschreven hoe belangrijk het is om de kinderen te laten voelen dat ze fouten mogen maken.  In deze open sfeer zorg je voor een beter welbevinden van alle kinderen.  Iets wat de klassfeer volledig ten goede komt!


Fouten maken mag!
Fouten maken moet!

woensdag 27 april 2011

Adopteer eens een boom

  • "Kinderen spelen te weinig buiten."  
  • "Kinderen kennen niks meer van natuur."
  • "Televisie en computer zorgen ervoor dat kinderen te weinig lichaamsbeweging krijgen."  
Dit zijn maar enkele boodschappen in de actualiteit over de jeugd van tegenwoordig.  Kinderen zouden te weinig in contact komen met de natuur en daarom ook te laag scoren op het domein natuur.


PEILING NATUUR
Ik herinner mij nog een peiling natuur uit 2005 die de Vlaamse overheid deed bij zesdeklassers.  Voor ecosystemen, het menselijk lichaam en gezondheidszorg scoorden de leerlingen prima (> 80%).  Ondermaats waren de resultaten voor milieuzorg (65%), niet-levende natuur en organismen (< 60%).  Opvallend was ook dat de leerkrachten voor 5 van de 6 onderdelen voorspelden dat hun leerlingen beter zouden scoren.


In 2007 werden de resultaten van de peiling geëvalueerd in een conferentie.  Opmerkingen als 'De leerkrachten weten niet wat er in de leerplannen staat', 'De leerplannen zijn niet duidelijk geschreven' of 'Niet alle leerkrachten zijn even geïnteresseerd in natuur' bleven hierbij niet uit.  We mogen echter niet vergeten dat we het bij WO hebben over kinderen die zich oriënteren op de wereld, hún wereld (vandaar dus wereldoriëntatie en dus niet werkelijkheidsonderricht zoals het vroeger was).  Interessant hiervoor zijn de aanbevelingen van de externe deskundigen die het over 3 niveaus hebben: de doelstellingen, de didactiek en de professionaliteit. Hoofdboodschap is: laat kinderen de natuur beleven!  Het kan niet meer de bedoeling zijn om handboeken systematisch te volgen; om over de paardenbloem te leren zonder er ook maar eentje gezien te hebben.  Als je over natuur leert, trek er dan gerust op uit!  Zwemmen leer je ook niet achter de schoolbanken, maar in een zwembad.  Al wat we van natuur hebben rond de school, kan gebruikt worden in de lessen natuur.


Naar aanleiding van de resultaten van bovenvermelde peiling, herzag het ministerie van onderwijs haar ontwikkelingsdoelen en eindtermen.  Zo hoopt men ook een betere samenhang te creëren tussen basisschool en secundair onderwijs.  Aan de onderwijskoepels de opdracht om hun leerplannen te herzien, wat ook gebeurde tegen begin dit schooljaar.


KOM EENS UIT UW KOT!
Zoals al gezegd is het belangrijk om kinderen de natuur te laten beleven. Met al hun zintuigen.  Ruiken aan bloemen, voelen aan boomschors, proeven van kruiden, kijken naar de lucht en luisteren naar vogels.  Om deze dingen zinvol te kunnen doen, is het aangewezen om er op uit te trekken.  Dat hoeft niet ver te zijn.  Misschien is er op school een grasveldje waar je regenwormen kan zoeken en waar madeliefjes groeien.  Of een plekje met zwart zand en stenen waaronder het krioelt van de kriebelbeestjes.  De meeste scholen hebben ook bomen op hun speelplaats.  Voor kleine(re) kinderen volstaat het soms zelfs om een korte tijd (5 minuutjes voor de speeltijd) aandacht te besteden aan dat stukje natuur.  Velen van hen zullen zelfs tijdens hun speeltijd verder die natuur beleven en na de pauze hun belevenissen met volle trots vertellen.  Kinderen genieten daar van: in contact komen met de natuur, met al hun zintuigen.  En wij kunnen ze dat bijbrengen.


ADOPTEER EENS EEN BOOM!
Begin dit schooljaar, in oktober, adopteerden wij met de eenaatjes en eenbeetjes een boom op de speelplaats.  Wat oorspronkelijk een wild ideetje was, werd een halve hype in de klas.  Na een officiële plechtigheid met directie, doorknippen van een rood lint en verantwoordelijkheden uitdelen, kregen onze eersteklassers de opdracht om deze boom (ONZE boom, een koningslinde) gedurende het hele schooljaar te volgen, verzorgen, observeren, ... .  Elke maand wordt een foto getrokken van de boom die we naast elkaar verzamelen in de gang en in de klas.  Zo kunnen we onze boom vergelijken met zichzelf een maand eerder.  Hoe ziet hij eruit?  Is er iets veranderd?  Wat is veranderd?  Elke maand ontdekken we nieuwe dingen aan de boom.  Zo zagen we in december dat er zich een vogelnestje hoog in de kruin van de boom bevindt.  We vergeleken dit met de andere foto's en merkten op dat die er voordien ook al was, maar minder zichtbaar vanwege de bladeren.  Wij leerden al over de vorm van de blaadjes,  over de schors, de wortels, maar ook over de omgeving van de boom.  Er leven spinnetjes op de boom en kevertjes aan de wortels.  We gingen op zoek naar nog meer kriebelbeestjes.  In de winter kreeg de boom een dikke, warme knuffel en een vogelvoederbakje.  Allemaal activiteiten waar we als leerkracht niet veel tijd, moeite en werk in hoeven te steken (m.u.v. 1x per maand een foto maken en afdrukken).  Maar die zijn zo waardevol voor het natuurbeleven van kinderen.  Ik merk dat ze meeleven met die boom op de speelplaats.  Ze zijn echte bomenvrienden geworden.  Krijgen er meer respect door voor de natuur.  Ik weet zeker dat als ze nog ergens een koningslinde tegenkomen, hem zullen herkennen.  En er waarschijnlijk nog met trots over zullen vertellen.


dinsdag 26 april 2011

Denkbeeldige startknop van onderwijzers

"Het leek wel alsof ik als vijfjarige voor het eerst op schoolreis ga", zo omschreef een juf vandaag haar eerste werkdag na die deugddoende, warme paasvakantie.  Ik heb meestal zelf ook wel deugd/last van de spanning voor een eerste schooldag-na-vakantieperiode.  Het is iets om naar uit te kijken.  Ik voel er nog steeds (meestal positieve) spanning voor.  Het houdt me wel eventjes bezig de dagen voordien.  Ik was zelfs op tijd wakker, vanmorgen.


  • Heb ik alles goed voorbereid?  
  • Wat moet nog gekopieerd worden?  
  • Hoe ga ik de dag starten?  
  • Welke klemtonen wil ik dit nieuwe trimester leggen?  
  • Welke leerstof moet er nog gezien worden?  
  • Heb ik nog materiaal klaar te leggen?
Dit zijn maar enkele van de vragen die de laatste dagen van de vakantie door mijn hoofd spookten.  Ik weet meestal wel dat het allemaal wel in orde zal komen, dat een dag zal lopen zoals hij loopt.  Maar toch vind ik het belangrijk om me de eerste dag na een vakantie extra voorbereid te voelen.  

Hoewel ik vermoed dat de meeste onderwijzers de school ook tijdens de vakantie niet kunnen loslaten, denk ik dat het merendeel van ons eerder op neutrale modus zal staan.  Op een rustige manier proberen structuur te scheppen in wat er nog gaat komen.  Tussen de huishoudelijke taken, het werken in de tuin, spelen met de kinderen en het vullen van de diepvriezer met versgemaakte spaghettisaus door, natuurlijk.  Ik probeer tijdens deze tussenperiodes ook mijn functioneren als onderwijzer aan een zelfevaluatie(tje) te onderwerpen.  Liep er iets goed/fout?  Hoe komt dat?  Hoe kan het anders/beter?  Op de website Leerkracht In Beeld kan je aan de slag met tal van zelfevaluaties voor leerkrachten.  Let wel: deze website is ontwikkeld in Nederland, waardoor heel wat termen minder duidelijk zullen zijn voor Belgische bezoekers.

Eens op school aangekomen, startte ik de computer op en bekeek de blaadjes die gezien zouden worden vandaag.  Ik controleerde welke zaken nog gekopieerd dienden te worden en begroette heel wat collega's.  In de leraarskamer was het gezellig druk.  Iedereen met zijn eigen verhalen, geboeid naar mekaar luisterend.  Op zulke momenten vraag ik me af of ook mijn collega's het schoolreisgevoel nog kennen?  Aftellend naar half 9 keuvel ik wat mee.  Iedereen nog een beetje in vakantiemodus, totdat de bel gaat.  We nemen de draad weer op waar we waren op 8 april.  Na 17 dagen OFF, nu terug ON.  De startknop is terug gevonden en geactiveerd.  De spanning is weg.  Iedereen weer in zijn functie en het loopt.  Zoals gepland.  Allemaal leuke (en soms iets minder leuke) verhalen over de vakantie in de klas.  Paaseitjes geraapt en gegeten, op vakantie geweest met het vliegtuig, de klas en meester gemist, lekker gegeten, veel buiten gespeeld, gezwommen, verjaard, zus van de glijbaan gevallen, dagje Center Parcs, ... .  Iedereen heeft zijn eigen verhaal bij, we luisteren geboeid.  En dan is het tijd om aan de slag te gaan.  Hier start het 3de trimester. We zijn er klaar voor!

Die vakantie hebben we mooi weer gehad.  Nu terug aan het werk.  Er staat nog heel veel op het programma.  Het schooljaar zal zo weer om zijn...  Veel plezier, dit 3de trimester!

vrijdag 22 april 2011

Jazz voor beginnertjes

Kinderen houden van muziek!  In een vorig artikel schreef ik al over klassieke muziek in de klas en hoe kinderen hier van kunnen genieten.  Af en toe gebruik ik in de klas ook jazz, een genre dat mij persoonlijk ook heel erg bezig houdt.  

Tijdens klasvrije momenten luister ik gewoonlijk naar een afspeellijst met jazz op last.fm of AccuRadio en soms liet ik dat eens opstaan wanneer de kinderen terug de klas binnenkwamen.  Het viel me op dat ze hier positief op reageerden.  Niet te verwonderen, eigenlijk.  Naast klassieke muziek worden tekenfilms en cartoons ook vaak opgevrolijkt met instrumentale jazzmuziek.  Denk maar aan Tom & Jerry, Mickey Mouse of The Pink Panther.


Jazz ontstond aan het begin van de 20ste eeuw in steden als New Orleans en werd al zeer gauw bekend als dansmuziek en muziek met gevoel.  Wikipedia omschrijft jazz als 'muziek van het moment':

In principe is jazz 'muziek van het moment' – er worden op elk moment nieuwe muzikale keuzes gemaakt die tot aan de vorm en alle op dat moment spelende musici reiken (zie de genoemde jazzstromingen hieronder) waardoor een persoonlijke en intensieve muziekbeleving ontstaat. In klassieke muziek en popmuziek is deze eigenschap nagenoeg afwezig. In de jazzmuziek wordt een thema of kleine compositie of een afspraak alleen gebruikt als basis voor improvisatie. Door deze eigenschap raakt jazz als stijl veel andere stromingen zoals blues, (pop-)world, folk, heavy metal, funk, soul, klassiek en oude muziek en er bestaan heden ten dage dan ook vele mengvormen.
 Opnieuw niet te verwonderen dus, dat kinderen jazz kunnen appreciëren.  Zijn kunnen als geen ander volledig leven 'op het moment'.  Hun dagelijks leven is als een improvisatie waar regelmatig samen moet worden gespeeld (gemusiceerd), maar waar er evenzeer ook tijd zal zijn voor solo's.  Net als de thema's bij jazz herken je tijdens hun dagelijks leven ook patronen met terugkerende activiteiten.

De jazzwereld erkent dit en speelt er dan ook op in, al is het heel beperkt: jazzlabel Verve bracht enkele verzamelalbums uit met jazz voor kinderen.  Volgens jazzblog Draai Om Je Oren brengt het album Baby Loves Jazz de jonge kinderen in contact met jazz.  Verder bracht Verve ook Jazz for Kids uit.  Wereldmuzieklabel Putumayo brengt onder de noemer Playground allerlei kinderverzamelalbums uit.  Jazz Playground is er hier een van: wereldjazz voor kinderen.  Jazzartiesten die een volledig album aan kinderen wijden zijn nog schaarser.  Avantgarde jazzcomponist en bandleider Sun Ra heeft met zijn Arkestra een tribute gebracht aan Walt Disney: 'Second Star To The Right (Salute to Walt Disney).  Een livealbum met songs als 'High Ho! High Ho!' en 'Zip A Dee Doo Dah'.  Niet meteen bedoeld voor, maar wel zeer luisterbaar door kinderen.


Jazz is van oorsprong dansmuziek.  Daarom is het de moeite waard om het tijdens bewegingslessen te gebruiken.  Nieuwe dansen ontwerpen met eenvoudige pasjes en bewegingen lukt op heel veel jazzdeuntjes.  Instrumentale jazz kan voor kinderen ook personen of situaties oproepen die ze kunnen spelen tijdens dramalessen.  In een jazzstuk zitten verschillende ritmes en melodielijnen zodat je tijdens het nummer op verschillende manieren kan gaan lopen en stappen.  Kinderen zelf zijn inventief genoeg om hier telkens een figuur bij te verzinnen: een verlegen meisje, een fiere prinses of een haastige professor.  Ze kunnen allemaal aan bod komen.  Een mimespel, waarbij de muziek een ondersteunende functie krijgt, is ook mogelijk.  




Ook tijdens het werken en knutselen in de klas kan je jazz opzetten.  Het is trouwens belangrijk om kinderen met alle soorten muziek in contact te laten komen.  Niet vaak wordt hier voor jazz gekozen, vermoed ik.  Terwijl het toch nuttig kan zijn.  Jazz is vaak muziek in 'laagjes', die kinderen uitdaagt om bepaalde laagjes te volgen.  Ze zoeken er hun weg in en leren zo hoofd- en bijzaken onderscheiden.  Regelmatige solo's leggen de klemtoon op andere instrumenten die opnieuw gevolgd kunnen worden in de muziek.  Zo ontdekken kinderen de laagjes en kunnen ze deze visualiseren.  Het bespreken van de verschillende instrumenten zal de kinderen ook zeker aanspreken.
De grootste moeilijkheid voor leerkrachten is wel de juiste keuze van nummers uit het enorme jazzaanbod.  Niet alles is even bruikbaar.  Avant garde of Free Jazz is af te raden (hoewel het voor heel soms misschien wel eens uitdagend kan zijn*).  Bigbandjazz uit de jaren '20 of '30 spreekt kinderen wel enorm aan: Glenn Miller, Duke Ellington, Louis Armstrong, King Oliver & His Creole Jazz Band, ... .  Ook Swingjazz of pianojazz kan de moeite zijn in de klas.  


Ik maakte, net als bij mijn stuk over klassieke muziek, een afspeellijst in Grooveshark: Jazz for Kids.  Een vijftigtal nummers waar kinderen zeker iets van opsteken, zich kunnen inleven, van kunnen genieten.



Voor wie dit nog niet genoeg is, is er AccuJazz, een webradio gespecialiseerd in jazz.











* De dag nadat ik een concert zag van The Thing met Mats Gustafsson, zette ik het een nummer uit het gekochte album in de zesde klas op: 'Art Star'  Pure free jazz met een funkdeuntje.  Als experiment.  Alle kinderen schudden mee met hun hoofd op het ritme en gingen uit hun dak tijdens de solomomenten.  


dinsdag 19 april 2011

iOefeningen

Op het internet vind je een enorme hoeveelheid aan bruikbaar oefenmateriaal voor in de klas. Individuele oefeningen voor aan de computer of klassikale oefeningen op het digibord. Alleen al bij Klascement zijn ze in hopen te vinden onder het tabblad i-Oefeningen. Mooie hotpotatoes oefeningen ook die doelbewust gemaakt zijn en met liefde voor het vak.Klascement heeft trouwens een nieuwe service: het zoekvenster op Kacee.be
waar je eenvoudig kan weergeven waarnaar je op zoek bent. Geef hier een trefwoord in en klik op het muisje vooreen waaier aan i-Oefeningen. Heel gebruiksvriendelijk, die Belgische onderwijsgoogle.


En toch maak ik graag zelf oefeningetjes. Niet alleen om me extra werk te bezorgen. Eerder om de oefeningen meer naar mijn hand te zetten. Ik wil de oefeningen die ik aanbied in de klas volle
dig kennen. Ik wil de kinderen computeropdrachten voorschotelen die parallel lopen met de leerstof en die hén erbij helpen om deze stof nog beter te vatten. Subjectieve, uitbreidings- of herhalingsoefeningen, zeg maar... Op maat van de kinderen van de klas.

Individueel (in)oefenen
Lange tijd maakte ik gebruik van het gebruiksvriendelijke HotPotatoes.

Mooie oefeningen, eenvoudig in gebruik voor leerkracht en leerling. Maar al gauw vond ik de types oefeningen net iets te beperkt. Daarom zocht ik naar andere mogelijkheden en kwam uit bij jClic wat heel wat meer mogelijkheden biedt. jClic heeft 16 verschillende types oefeningen (4 keer meer dan HotPotatoes). Het bestuderen van de authorsoftware kostte me wel enige tijd. Maar dankzijdeze overzichtelijke handleiding lukte het me om de oefeningen naar mijn hand te zetten. Het
interessante aan jClic is dat je een rapportje kan opvragen nadat de leerling de oefeningen heeft gemaakt. Zo kan je desbetreffende leerling voor enkele oefeningetjes nog meer bijsturen en deze eventueel opnieuw laten maken.

Een voorbeeld van een eigenbereide jClic oefening vind je hier:

Meer tutorial nodig? HIER!

Klassikaal (in)oefenen

Voor het digibord gebruik ik tegenwoordig de flashcards van Quizlet. Flashcards zijn als
digitale steekkaarten met 2 kanten die je kan gebruiken als flitskaarten op het bord. Je maakt hierbij oefeningen met vraag en antwoord, waarbij de ene kant van de flitskaart de opdracht toont en de andere kant (na de klik) de oplossing. Heel simpel, maar dat maakt het net zo bruikbaar. Ik gebruik Quizlet momenteel voor het automatiseren van de bewerkingen tot 10. Maar het kan ook voor Franse woordjes, maal- en deeltafels, WO vragen of spelling gebruikt worden. Indien je wenst kan je dezelfde oefeningen als de flashcards ook individueel laten maken via 'test' of er spelletjes mee laten spelen.

Klik hier voor een voorbeeld van flashcards in Quizlet.





zondag 17 april 2011

Voorgeprogrammeerde zinnetjes

Een beetje flauw? Doe er maar wat zout op!

Onderwijzer is een geweldig beroep. Kinderen iets bijbrengen over het leven, ontwikkelingsprocessen beschouwen en er oprecht respect voor krijgen van je doelpubliek. En daar worden wij dus voor betaald. Daarenboven kunnen wij het ons permitteren om tijdens onze werkuren geregeld een enorm flauw grapje te vertellen en er nog mee weg te komen ook.

Als 's morgens een eenaatje met een frisgeschoren kopje in de rij staat, is mijn eerste vraag: "Heeft je papa gisteren het gras afgereden?" En elke keer, het blijft me verbazen, de hele rij in een deuk. Als ze zes worden, wens ik ze proficiat met hun ZEStigste verjaardag. Hilariteit alom! In de winter krijg ik regelmatig de vraag: 'Meester wil jij mijn handschoenen aandoen alstublieft?'. Waarop mijn antwoord: 'Maar die zullen niet voor mij passen, hoor...' Ze vinden het GE-WEL-DIG! Hoe flauwer en doorzichtiger, hoe liever.

In de lagere klassen (ook kleuterklassen) werken rijmpjes ook heel erg bij kinderen. Onelinertjes die voor kinderen eenvoudig te vatten zijn, ze kunnen zich er een voorstelling van maken, het 'bekt lekker' en ze onthouden kost niet al te veel moeite. Trouwens, hoe vaker je ze gebruikt, hoe beter ze worden toegepast door de kinderen. Herhaling is belangrijk bij kinderen, zowel wat leerstof betreft als de invloed op hun attitudes.

Enkele rijmpjes die ik wel eens in de klas durf te gebruiken:
  • Van proberen kan je leren.
  • Fluiten is voor buiten.
  • Niet gluren bij de buren.
  • Handjes wassen na het plassen.
  • Meten is weten, gissen is missen.
  • Mijn stoeltje heeft 4 pootjes, en dat is niet zo dom; want was er eentje minder, dan viel mijn stoeltje om.
Oudere kinderen vinden deze rijmpjes meestal te flauw. Hoewel ze af en toe wel zullen werken, is regelmatige herhaling hier niet meteen aan te raden als je geen vreemde blikken wil krijgen van de klas. Zij worden graag als grote mens aanzien, of als kinderen die stilaan hun puberteit aan het voorbereiden zijn. Ze denken al wat abstracter en kunnen vaak tussen de regels lezen of begrijpen. Met spreekwoorden kan je hen zeker wel boeien. Ze worden uitgedaagd dieper na te denken over de betekenis ervan en er zich dan ook naar te gedragen.

Enkele spreekwoorden die ik wel eens hoor galmen op school (bij de collega's bovenbouw):
  • Eerst gedacht en dan gedaan, is langs de weg der wijzen gaan.
  • De aanhouder wint.
  • Goed begonnen is half gewonnen.
  • Bezint eer ge begint.
  • Haast en spoed is zelden goed.
  • Denkt aleer gij doende zijt en doende denkt dan nog.
Allemaal spreekwoorden die verwijzen naar het stappenplan (cfr. de berenmethode). Eenvoudig te typen in een Delfts blauw motiefje, afdrukken op A5, lamineren en een kale muur, deur of raam nog meer inhoud te geven.

Wij onderwijzers weten en gebruiken zulke oneliners natuurlijk allemaal. Want we weten dat het werkt. Ondertussen verwachten de kinderen dit al bijna van ons. Al mag het natuurlijk niet té worden. Ik herinner me er nog een paar van vroeger, toen ik zelf aan de schoolbanken zat. Enkele dooddoeners:
  • kind: "Meester, ik ben klaar." leerkracht: "Hallo Klaartje!"
  • kind: "Mag ik naar toilet?" leerkracht: "Je moest al terug zijn."
  • kind: "Waarom mogen we niet praten?" leerkracht: "Dan hoor ik mezelf niet meer denken."
  • kind: "Ik kan niet volgen." leerkracht: "Dan moet je een fiets kopen."
  • kind bij het klassikaal lezen: "Ik weet niet meer waar we zijn." leerkracht: "We zijn nog altijd in de klas, hoor.
Dooddoeners of niet: tóch wil ik er soms nog wel eens eentje van proberen. Ik denk dat het werkt. Want kinderen houden van mopjes, flauw of niet. En wij komen daarmee weg. Geweldige job!

woensdag 13 april 2011

"Meester, dat is van de Kleine Einsteins"

Klassieke muziek en kinderen: het werkt!

Ik zet vaak muziek op in de klas. Niet alleen omdat ik daar zelf van kan genieten. Maar nog meer om de kinderen in contact te brengen met muziek, meestal andere muziek dan ze gewoon zijn. Toegegeven, in iTunes op mijn laptop staan ook de hitjes die de kinderen van A tot Z kunnen meezingen en dat doen ze dan ook! 'Doe je mee allemaal in een kei leuk verhaal...'.

Waar kinderen ook van kunnen genieten is het meezingen op de echte klassieke kinderliedjes. Kaatje van Ketnet heeft zo een leuk cd'tje uit. Kapitein Winokio ook: de Berentrilogie. Op youtube vind je heel wat verschillende versies van kinderliedjes.

De laatste tijd besteed ik echter meer aandacht aan klassieke muziek. In tegenstelling tot wat veel volwassenen denken, kunnen kinderen hier oprecht van genieten. Het zorgt voor een sfeer in de klas tijdens het werken, tijdens het knutselen en tekenen. Kinderen laten zich erdoor inspireren. Regelmatig zie ik hen onbewust mee wiegen, ritmisch te werk gaan. Maar vooral: ze stralen dan een soort van rust uit, een kalmte die nodig is om zich te kunnen concentreren.

Jonge kinderen komen al gauw in contact met klassieke muziek en dat blijkt hen enorm te boeien. Het illustreert voor hen een fantasiewereld waar ze zich als een figuurtje in voortbewegen. Het lijkt wel een droom, een sprookjesdroom. Als baby krijgen ze al een dosis klassiek boven hun hoofd, letterlijk. De trekfiguurtjes bovenaan het wiegje geven hen een klassiekje waarvan ze rustig worden en kunnen inslapen. De Efteling kiest bewust voor zulke kinderfantasiemuziek bij hun attracties en sprookjes. Het zijn deuntjes die blijven rondzweven in het hoofd. Iedereen geeft er een andere betekenis aan, een die bij hem of haar past, die bepaalde gevoelens opwekken. Ook op televisie kunnen ze bijna dagelijks in contact komen met klassieke werken: bijna alle Disneyklassiekers, Tom & Jerry, de Symfollies, ... . Bij de Kleine Einsteins worden kinderen zelfs uitgedaagd actief mee te doen op klassieke muziek. Ze dirigeren mee, zingen de tekst en maken kennis met muziektermen als allegro of staccato.

Wanneer ik vroeger klassieke muziek wilde laten horen, reed ik naar de bieb in Turnhout, een provinciestadje niet ver van hier, ontleende er enkele cd's en kopieerde ze in iTunes.

Zo kreeg ik stilaan een aardige afspeellijst vol.

Toen ook de klassieke radiozender Klara de klassieke muziek sexy wilde maken voor kinderen, bracht die onder de titel Klara 4 Kids een klassiek muziekfeest en daarbij 4 cd's uit. Elk album kreeg hierbij een ander thema en een aantrekkelijk jasje:
  • Prinsen en Prinsessen: klassiek met een kroontje
  • Ezels en Elfen: klassiek uit het toverbos
  • Poppen en Soldaatjes: klassiek uit de speelkamer
  • Van Aap tot Zwaan: beestig klassiek
Tegenwoordig maak ik gebruik van Grooveshark (als alternatief voor het in België nog niet beschikbare Spotify). Ik maakte een afspeellijst 'Classics for Kids' die ik nu regelmatig in de klas opzet tijdens het werken. Passief klassieke muziek luisteren, dus. De leerlingen laten zich onderdompelen in een klassiek bad vol muziek. Net voor de paasvakantie, toen de afspeellijst al enige vorm begon te krijgen, testte ik 'm uit bij de eenaatjes, waarop K. onmiddellijk zijn potlood boven het hoofd hield en ermee begon te zwaaien: "Meester, wij zijn precies de Kleine Einsteins".

Om op een actieve manier aan de slag te gaan met klassiek, vind je op de website van Klara ook educatieve fiches m.b.t. hun Klara 4 Kids reeds. Interessante activiteiten die de leerlingen nog doelgerichter naar klassieke muziek doet luisteren.




Andere ideetjes om actief met klassieke muziek te werken:
  • ritmische bewegingsoefeningen, eventueel met linten, ballen, ballonnen;
  • samen een dans maken op de muziek;
  • tekst bedenken bij het stuk met aandacht voor ritme en melodie;
  • schrijfdans;
  • abstracte (lijn)tekeningen maken;
  • poppenspel met vingerpopjes bedenken;
  • verhaal maken over het werk (cfr. Peter en de Wolf);
  • ritmische oefeningen met percussie-instrumenten;
  • klanken bedenken die overeenstemmen met de muziek:
  • ...


Welkom!

Geïnspireerd door tal van onderwijsblogs, mijn bloggende schoonzus-juf en het onlangs verschenen artikel 'bloggend personeel is productiever' waag ik me er aan mijn gedachten en ideetjes over het onderwijs te delen.

Ik vind het fijn om over mijn job te praten met ieder die het horen wil, ideeën uit te wisselen met collega's en dieper na te denken over onze taak om kinderen dat net ietsje meer te kunnen aanbieden. Met deze schrijfsels hoop ik mijn gedachten wat structuur te bieden en eigen ideeën te bewaren. En misschien, heel misschien, breng ik wel collega onderwijzers op ideetjes. We zien wel waar blogavontuur naartoe gaat.

Niets houdt je natuurlijk tegen om de posts op dit blog te delen of om erop te reageren. Alvast welkom op mijn 'over onderwijs blog' en dank om mijn gedachten te lezen.

Benieuwd naar het niveau van productiviteit!