woensdag 28 december 2011

2012... het jaar van de man

Een nieuwe Klasse in de brievenbus.  Helemaal voor mezelf.  Normaal gesproken krijgen wij slechts 1 Klasse in de bus.  Vrouwlief werkt bij CLB.  Om de papierwinkel wat te sparen, wordt op hetzelfde adres slechts één Klasse geleverd.  Geadresseerd aan de jongste van het gezin uit de sector.  Not me.  Vandaag kregen we er zomaar 2 in de bus.  Mét lerarenkaart.  Eveneens eentje op mijn naam.  


Ik lees Klasse graag.  Ik lees graag over het onderwijs.  Het kan me inspireren.  Het wakkert een vlammetje in me aan.  Het contact met de essentie van de taak.  Onderwijzen!  In Klasse ontmoet ik collega's die met hoofd, hart en handen voor de klas staan.  Vaak met een boeiend verhaal.  Een verhaal dat hen net speciaal maakt.  Ze maakten iets mee, doen iets spectaculairs, hebben feeling met kinderen, hebben een mening.  En ze krijgen een stem.  Al vind ik 'we krijgen een stem' hier gepaster.  Want in vele verhalen kan ik me spiegelen als leerkracht.  Ik herken mezelf soms.  Ik vraag me vaak af hoe ik die bepaalde dingen zou aanpakken.  Ik krijg er tips door, inzichten of achtergronden.  


Regelmatig wordt er verwezen naar TV.klasse waar bijbehorende filmpjes te bekijken zijn.  Hiernaar kijken, betekent goesting krijgen in de job.  Passie inspireert!  Een slogan met betekenis.  De Vlaams broer van Leraar24 biedt naast de aanvullingen op de artikels in het maandblad ook heel wat extra's in de vorm van 'Reeksen'.  Met plezier heb ik bijvoorbeeld 'Op de hielen van...' bekeken.  Waar bijna iedereen die ook maar iets met het onderwijs te maken heeft, een dag gevolgd werd.  God en klein Pierke in 't klein.




Een nieuw Klasse in de brievenbus.  En wat voor een.  Helemaal over mezelf.  
"2012: het jaar van de man" bloklettert de cover.  Blijkbaar een bedreigd ras, de mannelijke leerkracht.  De tendens ziet er niet goed uit, volgens Pascal Smet.  Leerlingen blijken nood te hebben aan mannen in het onderwijs.  Ik voel me aangesproken.  In deze Klasse negen bijzondere portretten van mannen in het onderwijs.  Niet alleen om het verschil tussen mannen en vrouwen voor de klas uit te leggen.  Natuurlijk zijn die er.  Ook mannen die de goesting willen overdragen aan mannelijke collega's in spe.  De kleuteronderwijzer die van zichzelf vindt dat hij zelf nog een klein kind is, maar terwijl wel ongelooflijk wijze woorden spreekt over opvoeden.  De foto verklapt dat niet alleen zijn kleuters, maar ook hij enorm veel deugd heeft van zijn job.  De leraar huishoudkunde die naast overheerlijke lasagnes ook frisdranken en luidsprekers laat maken.  Toch kunnen de verschillen niet achterwege blijven:
"Vrouwen praten blijkbaar altijd over hun kinderen, gaan nooit iets drinken, lachen niet met moppen, willen om vier uur naar huis, kunnen niet kaarten, bakken graag taarten, verwarren schoolreis met een verhuis en hebben schrik van een micro.  Mannen daarentegen blijken altijd tijd te hebben voor een pint, hebben een hekel aan administratie, zien de persoonlijke problemen van een leerling gemakkelijker over het hoofd, vertellen seksistische moppen, vinden het normaal dat hun vrouw de kinderen opvangt, zijn het eerst om de taart van de vrouwen op te eten en staan graag op een podium..."
(Klasse voor leraren nr.221 - januari 2012 )


Mijn school heeft een heel gezonde verhouding tussen mannen en vrouwen.  Eén om trots op te zijn.  De lagere school telt een tweetal vrouwen meer dan er mannen zijn (ruwe schatting).  Op de kleuterschool loopt één zorgmeester tussen het team van negen juffen. Ook om trots op te zijn.  Juffen en meesters voelen zich lekker in het team.  Soms... vaak... bijna altijd eigenlijk zitten de juffen aan de ene zijde van de tafel en de meesters aan de andere kant.  Een vreemd zicht voor nieuwkomers, die gescheiden tafelindeling.  Maar het werkt wel.  De babbel is anders.  Er wordt vaak over gegrapt.  Ook aan de mannenkant wordt tegenwoordig over kinderen gebabbeld.  En ook de vrouwen lusten graag hun stukje taart.  Maar als het erop aankomt, zijn we 1 team.  Wat mij wel al opviel is dat de stagiaires die wij over de vloer kregen bijna uitsluitend jonge vrouwen zijn.  De voorbije 10 jaar heb ik niet één jongeman als stagemeester gekregen.  


Het jaar van de man... de geblokletterde titel op de cover maakt me nieuwsgierig.  Om nog meer input te krijgen, vraagt Klasse aan scholen om hun mannenprojecten te delen.  In de vorm van een wedstrijd, die tien projecten beloont met centen.  


Als man in het onderwijs roep ik daarom ook graag van alle daken wat een geweldige job het onderwijs is.  Ik raad het iedereen met veel plezier aan.  Ik wil er graag een pint op drinken.  Mannelijke collega's zijn (net als vrouwelijke trouwens) enorm nuttig!  Ik zou binnen 20 jaar niet graag met twee of drie aan de mannenkant in de lerarenkamer zitten taart eten.  


Bedankt, Klasse.  Voor de fijne artikels, opnieuw.  Bedankt voor de lerarenkaart.  Voor de fijne extraatjes die ik hiermee kan verkrijgen.  Een bank vooruit en een kus van de meester!


Veel succes met het nieuwe jaarproject.  


_________
* Ik schreef dit stuk met plezier over het beroep dat ik met de meeste motivatie en toewijding probeer uit te voeren.  Ik sta graag in het gemengde team waarin ik me nu bevind.

donderdag 8 december 2011

Bewegen maar...

"MENS SANA IN CORPORE SANO"


Het eerste citaat dat ik ooit onthield.


Ik moet een jaar of 8 geweest zijn toen ik 'Billy Turf, het dikste studentje ter wereld' voor het eerst zag.  Wat had ik toch te doen met dat olijke dikkerdje, maar ook met zijn leerkrachten wiens leven door Turf zelf zuur werd gemaakt.  Achteraf bekeken, als onderwijzer, begrijp ik zijn acties en reacties als buitenbeentje natuurlijk wel.  In verschillende (ondertussen stoffige) vriendenboeken zal nog steeds te lezen kunnen zijn dat Billy Turf mijn favoriete film aller tijden was.  Vermoedelijk heb ik mijn carrière als onderwijzer zelfs te danken aan deze Nederlandse klassieker.  Jeugdsentiment!


Een gezonde geest in een gezond lichaam.  Het zeer gekend gezegde van de Romeinse dichter Juvenalis, die al in de 1ste eeuw n.C. het belang van beweging hoog inschatte.  Het citaat heeft zelfs vandaag nog erg veel inhoud. In deze digitale 21ste eeuw, bijna 2000 jaar later, is het van essentieel belang om aan beweging te doen.  


BEWEGEN OP SCHOOL
Ook op school, waar het vaak over een gezonde geest gaat, mogen Juvenalis' woorden niet vergeten worden.  De betekenis ervan valt hoegenaamd niet te onderschatten.  Hoe fitter je zelf bent, hoe beter je kan nadenken.  Elke onderwijzer droomt dan ook van uitermate uitgeslapen kinderen die zich lekker in hun vel voelen.  We staan te springen om ze naar de turnles te brengen.  Niet alleen voor de klasvrije 50 minuten waar nog zoveel kopieer- en ander werk op ons staat te wachten.  We beseffen dat kinderen nood hebben aan bewegingsonderwijs.  Na de uurtjes lichaamsbeweging krijgen we vaak andere kinderen terug.  Ze hebben zich kunnen uitleven.  Een andere kant van zich getoond.  Misschien competitief maar zeker ook sportief. 


Bewegen zorgt voor een gezond lichaam.  Het uithoudingsvermogen neemt toe en je wordt sterker.  Spieren nemen toe en vetten reduceren.  Naast deze lichamelijke voordelen biedt beweging ook enkele sociale pluspunten.  Denk bijvoorbeeld aan het groepsgevoel bij sommige sporten.  In de klas zijn echter de psychische voordelen van bewegen van tel.  Kinderen hebben meer energie, durven er in te vliegen.  Ze kunnen tegen een stootje.  Een tegenslag wordt sneller vergeten.  Wie voldoende beweegt, slaapt beter.  Iedereen goed uitgeslapen, dus!  Tel daar nog bij dat het concentreren ook gemakkelijker gaat, waardoor zeker elke leerkracht overtuigd is van het nut van bewegen op school. 


BEWEGEN IN DE KLAS
Naast de deskundige uurtjes turnen tijdens de week is het zeker ook zinvol om de kinderen in de klas te laten bewegen.  Een momentje vrij?  Een moeilijke les?  Een drukkere klasgroep? Een vijftal minuutjes bewegen maar!  Langer hoeft dat niet te zijn.  De druk even van de cognitieve ketel.  


Eerder op dit blog schreef ik al een artikel over korte momentjes tussendoor.  Ik bood hierbij een tussendoortjesboekje aan met fiches.  Voor een printklaar exemplaar (A4, .pdf) volstaat nog steeds een reactie of een mailtje.  Heel wat activiteiten hiervan zijn bewegingsgezind.  Al ligt de hoofdzaak voornamelijk op plezier beleven.  Het bewegen verloopt erg geleid.  De leerkracht bepaalt de opdracht en dus ook min of meer hoe er wordt bewogen.  Een andere, inspirerende vorm van bewegen is het dansen.  Leerkrachten met een digibord zetten een dansfilmpje op wat door de leerlingen wordt meegedanst.  Just Dance is een spel op de Wii.  Een silhouet danst op een bekende deun.  De klas doet mee.  Dolle pret en de nodige dosis lichaamsbeweging!


Je kan kinderen ook vrij laten bewegen.  De kinderen bepalen zelf wat ze doen en hoe ze dat doen.  Hiervoor volstaat vaak muziek die zich leent tot verschillende bewegingen.  Ik maakte in Grooveshark een afspeellijst klaar met enkele favorieten.  Liedjes die een sfeer creëren, waardoor kinderen zich kunnen inleven in de muziek.  Muziek die afwisselt in tempo, toon, kleur, stijl en sfeer.  De kinderen zullen zich vrij bewegen.  De muziek is ook gekozen op basis van humor en leukheid.  Het zal kinderen stimuleren zich eens anders te bewegen dan gewoonlijk.  Sommige stukjes inspireren hen om die ene beweging nog wat verder uit te werken.  De liedjes kunnen tijdens een week ook herhaald worden, zodat er op vrijdag een definitieve versie van het bewegingslied ontstaat.  Een proces, een opbouw tijdens de tussendoormomentjes.  






MEER BEWEGEN!
Speciaal voor de basisschool is in Nederland het project Ga voor gezond! opgericht.  Het doel van deze werking is tonen dat het werken rond gezondheid heel erg leuk is.  Er wordt naast beweging ook aandacht geschonken aan hygiëne, voeding en psychische gezondheid.  Op hun website verzamelde Ga voor gezond! een twintigtal bewegingslessen voor in de klas.  Deze lessen vragen niet erg veel voorbereidingstijd van de leerkracht.  Ze bieden naast de instructies voor de leerkracht ook werk- of kopieerbladen, informatie over schoolprojecten, bijhorende filmpjes en hyperlinks naar bestaande methodes.


Op de website van Gezonderwijs, een samenwerking van verschillende Nederlandse gezondheidsorganisaties, vind je een heleboel links naar gezondheidsactiviteiten voor in de klas en op school.  Op de homepagina moet je kiezen tussen basis- of voortgezet onderwijs.  Hierna zoek je je weg door het schoolgebouw naar het gewenste lokaal.  Na enig zoekwerk vind je gegarandeerd verrassende zaken en nuttige informatie om bewegen in de klas aangenaam te maken.




Stichting Vlaamse Schoolsport is een organisatie die kiinderen op school extra laat bewegen en sporten.  In 2008 hield SVS conferentiedagen voor klasleerkrachten en vakleerkrachten over bewegingsactiviteiten in de klas.  Onderstaande diavoorstelling geeft een korte samenvatting van deze studiedagen.



 






Uitgeverij Abimo brengt door de publicaties Hupla bewegingstussendoortjes (1-2-3) het bewegen in de klas extra in de verf.  Een exemplaar kost slechts € 7,50 en biedt een heleboel leuke invalshoeken om beweging dichter bij de kinderen te brengen.




maandag 5 december 2011

Samenwerken werkt!

DAAG ZE UIT!
Het kan niet de bedoeling zijn dat we kinderen te moeilijke oefeningen voorschotelen. Toch is soms een net iets moeilijkere oefening nuttig voor hen als uitdaging. Ze leren er een probleem door aanpakken en stil staan bij wat ze al wél kunnen. Om zulke problemen te kunnen oplossen, worden ze uitgedaagd net iets verder na te denken dan ze gewoon zijn. Ze staan stil bij hoe ze dat zullen aanpakken. Waardoor ook het proces, en dus niet alleen het product, van het leren in de verf wordt gezet.  Kinderen die een probleem krijgen voorgeschoteld worden verplicht om hun kennis te benutten en te bundelen.  "Welke informatie en kennis heb ik nodig om dit te kunnen aanpakken?"




Om voor kinderen dit proces nog belangrijker te maken, kunnen ze ook samenwerken aan een opdracht. Zo zullen ze met elkaar overleggen, in dialoog gaan met elkaar. Natuurlijk is het van belang dat alle partners hun inbreng hebben, zodat ze na het oplossen weten hoe ze in het vervolg zulke problemen moeten aanpakken.




SAMEN KAN JE MEER DAN ALLEEN
Vaak blijkt samenwerken op jonge leeftijd niet zo eenvoudig.  Vijf- en zesjarigen zijn nog vooral bezig met hun eigen wereld.  Het is voor hen vaak een opgave om zich te schikken naar de wensen en noden van andere kinderen.  Alle begin is moeilijk.  Toch is het nuttig om kinderen al vanaf hun jonge jaren te laten samenwerken.  Klein beginnen is echter de boodschap.  Door hen te laten partnerlezen bijvoorbeeld, ontdekken ze de sterkte van samen aan een taak te werken.  Door de interactie van beide partners tijdens dat lezen, wordt veel nadruk gelegd op het leerproces.  De kans dat fouten of vergissingen sneller verbeterd worden, is zoveel groter.  Met z'n twee een opdracht volbrengen, bezorgt de kinderen ook een verantwoordelijkheidsbesef.  Ze moeten er zelf voor zorgen dat ze beide aan hetzelfde onderdeel bezig zijn.  Het ene kind zal misschien wat tempo moeten terugnemen, terwijl van het andere kind verwacht wordt dat hij wat meer uptempo moet werken.  Kinderen die verwachtingen voelen, nemen vaker een taak serieus.  Hierdoor zullen ze ook proberen om aan de verwachtingen te voldoen.  

Wanneer het partnerwerk al goed is ingeburgerd in de klasgroep, kunnen er groepjes gemaakt worden van 3 of 4 kinderen.  Mijn ervaring heeft echter al uitgewezen dat het vormen van deze groepjes niet te gauw mag gebeuren.  Kinderen moeten eerst goed vertrouwd zijn met hun rol in het samenwerken.  Pas wanneer ze zich volledig thuis voelen in het luisteren naar elkaar, elkaar volgen en rekening houden met elkaar, kan het groepswerk worden uitgebreid.  

LEREN SAMENWERKEN
Als eerste groepswerkactiviteit stel ik altijd een eenvoudige puzzel voor.  Ik kies hier doelbewust voor een eenvoudige puzzel, die ik meestal zelfs aan de collega's van de kleuterschool ga vragen.  Het doel van deze activiteit ligt niet op het puzzelen, maar op het samenwerken.  De kinderen zullen de opdracht tot een goed einde brengen en beseffen dat het samenwerken hierbij een voorname rol had.  De puzzelstukjes worden verdeeld waardoor elk groepslid evenveel puzzelstukjes krijgt.  Bij een puzzel is het voornaam dat we eerst de hoek- en randstukjes leggen.  Wie deze heeft, legt die.  Elk kind mag enkel zijn eigen puzzelstukjes nemen en leggen.  Een belangrijke afspraak die voorkomt dat er onbewust een leider in het team wordt gevormd.  



Op deze manier krijgen alle teamleden evenveel inspraak in het verwezenlijken van de taak.  Samen staan ze voor de uitdaging om de puzzel te maken. Ze zullen op elkaar moeten rekenen zodat ze bewust zijn van hun afhankelijkheid van de andere groepsleden.  Daarnaast moeten ze ook hun eigen verantwoordelijkheid nemen voor het slagen van de proef.  Het is bij samenwerkopdrachten natuurlijk de bedoeling dat kinderen met elkaar in interactie gaan.  Door over de taak te praten, komen ze samen tot het resultaat.  Voor jonge kinderen is het vaak nog moeilijk om anderen te overtuigen.  Als leerkracht hebben we hierbij de taak de kinderen te stimuleren.  Zij die minder taalvaardig zijn, kunnen even goede (en misschien betere) ideeën hebben dan de taalrijke groepsleden.  Een leerkracht die zijn klas kent, weet vooraf welke leerlingen hij zal moeten aanmoedigen en erbij betrekken.  Wij kunnen hen leren argumenteren.  Waarom vind jij dat dat zo moet?  Wat is het voordeel ervan?  Waarom kom je zo tot resultaat?  

WERKT SAMENWERKEN?
Wanneer de opdracht volbracht is door de groep, is de taak nog niet ten einde.  Er moet nog teruggeblikt worden op de samenwerking.  Een niet te onderschatten onderdeel van de les.  In deze evaluatiefase beoordelen de leerlingen zelf hun eigen vaardigheden en die van de groep.  Gerichte vragen van de leerkracht bieden kinderen de kans om hun opdracht opnieuw te beleven en ze naar waarde te schatten.  Er wordt gepeild naar het behaalde resultaat, maar zeker ook naar het proces dat hiernaartoe leidde.  Door hierbij stil te staan, begrijpen de kinderen wat goed en minder goed ging in hun groep.  Daardoor zullen ze het volgende groepswerk hun eigen handelen aanpassen aan hun evaluatie.  

Hoe begon je aan de opdracht?  Wie nam het eerst initiatief?  Hoe heb je anderen overtuigd?  Zijn er zaken waarmee je het niet eens was?  Wat heb je daarmee gedaan?  Heeft iedereen evenveel inbreng gehad in het komen tot resultaat? Wat had je graag anders gezien en gedaan?  Ben je tot een goed resultaat gekomen?  Wie heeft er goed samengewerkt?  Heb je naar anderen geluisterd?  Wat heb je geleerd tijdens dit samenwerken?  Kan je dat ook tijdens andere situaties gebruiken?  Waarom vond je samenwerken moeilijk/gemakkelijk?  Hoe heb je andere kinderen kunnen helpen?  Waarbij kunnen we nog samenwerken?  Waarom is samenwerken belangrijk?