zondag 10 juni 2012

Aftellen


Juni.  We hangen een nieuwe maandkalender aan het prikbord.  De vorige wordt aan de kast gekleefd.  Elke dag bespreken we de kalenders.  Drie in totaal.  Een vast patroon na het praatmoment in de zithoek.  Tijd is vaak moeilijk te bevatten voor jonge kinderen.  Terwijl dat in het 'echte leven' dikwijls een prominente rol speelt.  Een mens kan haast niet zonder.  Al vanaf jonge leeftijd merken kinderen de invloed van tijd op het dagelijks leven.  Aftellen naar verjaardagen, feestdagen of Sinterklaas, de vaste structuur van een schooldag, het ritme van het leven, ... .  Herhaaldelijk en functioneel gebruik van tijdsbegrippen stelt kinderen in staat er een inhoud aan te geven.  Tijd krijgt een betekenis.  Het wordt, ook onbewust, een opeenvolging van momenten.

Juni.  De maand waarop mijn neus steevast in een blok beton verandert.  De lente in het land.  De graspollen in de lucht.  Ik praat minder, ook in de klas.  Want dat is vaak lastig met een neus vol zakdoeken.  Maar niet alleen daarom.  Ook en vooral omdat die kleuters van weleer échte lagere schoolkinderen zijn geworden.  Ze zien werk, doen dat werk en zetten mekaar aan het werk.  Ze leren van en met elkaar.  Mijn instructies zijn beperkter geworden.  Het werk dat verzet wordt daarentegen niet.  De inoefentijd wordt zo naar het maximum gebracht.  Want oefenen en blijven oefenen is belangrijk.  De kinderen gaan aan de slag met een overzienbaar aantal taakjes.  Ze werken, helpen, corrigeren en leren.  Mijn taak wordt sturen, observeren, bijsturen, evalueren en duiden.  Regelmatig wordt herhaald waarom we elke dag opnieuw oefenen op wat we geleerd hebben.  Het motiveert hen.  Door herhaaldelijk trainen van het gekende, kan dit uitgebreid worden.  We kunnen stilaan 'spelen' met de materie.  En daar maken we dan ook gebruik van!  Tijdens de lessen spelling worden dobbelstenen bovengehaald.  Rekenen gebeurt met speelkaarten of in real life.  Lezen krijgt een functie.  Door al het geleerde een toepassing 
te geven, krijgt leren een functie.  En dat motiveert hen.

Juni.  De maand van de onoverkomelijke reeks toetsen.  Met het eindrapport in zicht halen onze leerlingen nog even alles uit de kast.  Deze eindevaluatie is niet alleen voor hen belangrijk.  Ook wij als leerkracht kunnen hier veel informatie uithalen.  Door grondige studie of analyse van de resultaten, krijgen we een beter beeld van onze eigen onderwijsvaardigheden.  Welke klemtonen kunnen of moeten we volgende jaren anders leggen?  Wat zijn de meest gemaakte fouten en hoe ze te vermijden?  Het verbeteren van 
de eindtoetsen heeft voor mij altijd iets magisch.  Het luidt het einde in van een intense periode samenleven met een groep kinderen.  Fluitende vogels op de achtergrond en zonnestralen die mijn bureau bereiken.  

Juni.  De eindspurt is gemaakt.  Naar twee deugddoende vakantiemaanden.  Naar een hopelijk zonnige zomer.  De batterijen terug opladen.  De schoolse druk van de ketel.  Ze 
hebben het verdiend en zijn er zeker aan toe.    Ze maken zich klaar voor de start van een nieuw begin.  Een nieuwe klas, nieuwe leerkracht, nieuwe doelen.  Maar zo ver zijn we nog niet.  De gestarte sprint blijkt een conditieproef te zijn.  Een ware test tegen de tijd.  Het schooljaar moet worden afgesloten.  De klas terug in oorspronkelijke staat.  Allerhande werkjes worden nog afgewerkt.  Administratie in orde.  Lesboeken meegegeven.  Toetsen bewaard.  Telkens opnieuw laat ik verrassen door de deadline van eind juni.  Wat eerst een maand was, worden al gauw nog maar drie weken.  De tijd staat niet stil.  'Niet verwonderlijk', denk ik dan, 'dat de tijd nog zo abstract is voor de kinderen.'  Als zelfs wij volwassenen er ons door laten verrassen.  Blijvend herhalen is de boodschap.  Elke dag opnieuw de tijd verwoorden, ermee bezig zijn en visualiseren.  Zo krijgen we er allemaal stilaan meer inzicht in.  

Aan alle leerkrachten: een fijne laatste maand.  Met veel magische momenten tijdens het 
evalueren, een fijne zelfzvaluatie en een overzichtelijke eindsprint.   

Voor wie zijn kinderen graag meer structuur aanbiedt, heeft Klasse enkele handige geheugensteuntjes uitgewerkt in de vorm van 'Klik & Print'.  Hieronder diegene die handig zijn voor het bevatten van tijd.




vrijdag 1 juni 2012

Kunst met de natuur?!

Ik hoopte al twee weken op fantastisch mooi weer die vrijdagnamiddag.  Het voorbije weekend was het immers Earth Day geweest.  Deze Dag van de Aarde laat je stilstaan bij de schoonheid die de natuur ons te bieden heeft.  Het laat ons even nadenken over onze invloed op de natuur in de wereld.  De mens heeft de natuur nodig om te kunnen leven, zijn en worden.  Maar terwijl we ons stukje natuur gebruiken, moeten we er ons van bewust zijn dat we dat deeltje van de natuur terwijl ook ontvreemden.  Het best is natuurlijk om hiervoor iets terug in de plaats te geven.  


Een heel schone les.  Maar zeker niet bestemd voor kinderen van zes of zeven jaar.  Als we echter de schoonheid van de natuur in de verf zetten, zal deze enorm geapprecieerd worden.  Waardoor zelfs onbewust nodige natuuroffers gebracht zullen worden.  Het werd
al heel vaak duidelijk dat de huidige generatie eenaatjes de natuurschoon wel kunnen waarderen.  Bovendien worden wij, leerkrachten, door de leerplannen en eindtermen uitgedaagd de kinderen al spelend met alle aspecten van de natuur in contact te brengen.  Hierbij liefst nog gebruik makend van zoveel mogelijk zintuigen.  


Daarvoor zou het dan best wel fijn weer moeten zijn, die vrijdag.  We zouden immers  een ganse namiddag buiten zijn.  De pracht van de natuur bewonderen.  De kunst van het groen beschouwen.  En er vooral mee gaan werken, creëren, vormgeven.  De zon was van de partij.  We trokken erop uit.  Naar een stukje groen in de buurt van de school.    Aan de kinderen werd gevraagd zaken te verzamelen.  Verschillende kleuren, vormen, texturen.  Groot en klein. Dik en dun.  Lang en smal.  Alles wat ze zelf konden dragen, mochten ze meenemen.  Zonder de natuur pijn te doen, natuurlijk.  Blaadjes moesten aan de bomen blijven hangen.  Takken mochten niet afgetrokken worden.  Onze verzamelaars hadden maar een half woord nodig om uit te zwermen.  Er werd gezocht en gezocht, maar bovenal gevonden.  Die eenaatjes kwamen terug met de meest wonderlijke stukjes natuur: mooie bloempjes, grassen in allerlei maten en lengtes.  Takjes, takken, stammen, schors, een verloren gekropen naaktslak, blaadjes met de regenboogkleuren, steentjes en stenen.  Te veel om te dragen door twee kinderhanden.  Mijn voorbereide motiverende woorden maakten plaats voor respectvol afremmen.  Die meterslange dikke tak kon niet mee.  Net als die zware steen, die met een beetje fantasie op een toilet leek.  


Na een dik kwartier zoeken, wikken en wegen, trok de verzamelkaravaan naar het vooraf besproken plekje op de speelplaats voor fase twee van ons creatief-met-de-natuur-project.  We zouden immers een eenaatjesmuseum maken.  Een mini-museum met "land art".  Er restten ons nog een kleine twintig minuutjes om ons werk klaar te maken.  Met al de verzamelde spulletjes maakten we iets moois.  Een soort natuurcollage waarbij vorm, kleur, textuur en vooral compositie van erg belang zijn.  Tijdens het vormgeven, viel er nog ander schoons te bewonderen op de speelplaats.  Natuurlijk kreeg dat ook een mooi plekje in het geheel. Met de nodige aandacht en respect werden er zeventien prachtwerken gecreëerd.  De kinderen namen er hun tijd voor.  Ze legden en verlegden, keken, evalueerden en verbeterden.  Tussendoor maakten ze nog tijd om elkaars werk te bekijken en te prijzen.  De tijd vloog en de werkjes werden voorzien van een vlaggetje met hun naam op.  Het publiek werd namelijk verwacht.


De bel. Start van de speeltijd.  Niettegenstaande deze ook bedoeld voor de eenaatjes, begeven zij zich met knikkende knietjes naar hun eigen werkjes.  We verwachten publiek!  We zijn trots op wat we gemaakt hebben en willen, durven zelfs, de nodige uitleg geven aan onze schoolgenoten.  En of we publiek kregen!  Wat aarzelend op gang kwam, werd op de duur een overrompeling.  Onze creatievelingen hadden handen te kort om de bedoeling van het museum uit te leggen.  Met veel enthousiasme vertelden ze hoe hun werk tot stand kwam, waar ze de spullen vonden en waarom ze voor die compositie  kozen.  Hun verantwoordelijkheidsgevoel viel me daarbij enorm op.  Geen Wikipedia-info waarbij je je eerst moet afvragen of de inhoud ervan wel klopt.  Nee hoor, alles werd naar waarheid verklaard.  Met trots wezen ze ook naar hun klasgenoten.  "Kijk maar eens wat zij allemaal gemaakt hebben." Want een museumbezoek houdt natuurlijk niet op bij het bewonderen van slechts één werk.  Na veel keurwerk, heel wat amaai's en wows en vooral na een kwartiertje speeltijd, was het 'bezoekuur' over. 


Of we het werk mee naar huis mochten nemen, vroeg K.  Ja, dat zou iedereen wel  willen, maar op de duur als onmogelijk besloten.  Wat we nu eigenlijk geleerd hebben,  wilde ik in ware SOS Piet-stijl nog wel eens weten.  Heel wat, zo bleek.  En dat tijdens een muzische les!  Waar vrijheid, deugd en experiment het voornaamst zijn.  "Met ronde dingen kan je ook iets hoekigs maken", bijvoorbeeld.  Of: "Ik heb altijd goed naar de kleuren gekeken.  Alleen diegene die erbij pasten, mochten erbij." De natuur is heel erg mooi, besloten we aan het einde van die zonnige vrijdag.  En je kan er ook heel mooie dingen mee maken!


Alle foto's van ons mini-land-art-museum kan je bekijken op de schoolwebsite.  


Met dank aan Pinterest, waar ik op het geweldige landartidee kwam.  Een activiteit die ik de komende jaren, wegens groot succes, zeker zal herhalen.  Pinterest is bovendien een bron aan inspiratie.  Met een beetje tijd over en voldoende goesting in iets nieuws, zullen de vele pinboards een bron van inspiratie zijn.  Ik maakte een pinboard 'natuur' op Pinterest, over creatief omgaan en bezig zijn met de natuur.
Meer creatief met de natuur ideetjes vind je op onderstaande blogs.  

  



Toen de bel ging en ik over de speelplaats wandelde zag ik onze eenaatjes hun mama/
papa/oma... bij de hand nemen.  Ze brachten een (verplicht) bezoekje aan het museum.  Met tekst en uitleg.  Zo fier als een gieter.  Zúlke momenten, dat doet je wat.